Extra achtergrond composities

Extra achtergrond bij het programma en de gespeelde composities - de Koninklijke Muziekkapel van de Gidsen

Concert van de Koninklijke Muziekkapel van de Gidsen, op vrijdag 10.02.2023 in Het Perron

Willy Soenen - Opus symphoniacum

De West-Vlaamse componist Willy Soenen schreef dit werk in 1977. De bedoeling van de componist was om het harmonieorkest zo symfonisch mogelijk te laten klinken. De schrijfwijze is organisch: uit een klein motief ontstaat een ritmisch thema dat zich voortdurend ontwikkelt en dat uiteindelijk verweven wordt met een melodisch thema. Beide thema’s hebben echter dezelfde ritmische structuur die bestaat uit zeven korte noten en één lange noot.

Dirk Brossé - DNA in Music

solist: Yves Segers – dwarsfluit

In verband met dit werk schrijft Dirk Brossé:

“Componeren is eigenlijk niet zo moeilijk maar inspiratie vinden, dat kan best lastig zijn, hoewel je uit tal van zaken inspiratie kan putten. Muziek is een auditieve kunst en dus is het logisch dat geluiden allerhande vaak een inspiratiebron vormen voor een componist, zoals bijvoorbeeld het getoeter van Parijse taxi’s in Gershwins ‘An American in Paris’. Voor zijn compositie ‘Atlas Eclipticalis’ keek John Cage naar een sterrenkaart en stelde zich muzieknoten op een enorme, kosmische notenbalk voor.

De inspiratie voor DNA in Music, een concerto voor fluit, strijkers en harp, vloeide voort uit een gesprek dat ik met celbioloog en Nobelprijswinnaar Sir Paul Nurse voerde. In 2016 vierde het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB) zijn 20ste verjaardag met Science Meets Life, een bijzonder publiek symposium. Het laatste onderdeel heette Science Meets Music en ik werd gevraagd het slotconcert te verzorgen en voor die gelegenheid ook een werk te componeren. Als voorbereiding praatte ik met een aantal wetenschappers, waaronder Sir Paul Nurse, waarbij DNA ook ter sprake kwam. Dat bevat een bedrieglijk eenvoudige code. Die bestaat uit slechts vier ‘letters’, maar is verantwoordelijk voor alle leven op aarde, zowel voor de enorme diversiteit als voor de verwantschap tussen de levensvormen. Eigenlijk is dat ook een prachtige metafoor voor muziek.

Ik begon met een simpele vraag: ‘Als DNA de ruggengraat is van alle levende organismen, wat is dan het DNA van muziek? DNA bestaat uit vier bouwstenen, nucleotiden genoemd, en die worden met vier letters: C, G, A en T aangeduid. Muziek krijgt vorm door de combinatie van verschillende parameters zoals toonhoogte, ritme, klankkleur of vorm, maar het echte DNA van muziek is geluid. En zo kwam ik bij Pythagoras terecht, de Griek uit de Oudheid, de vader van zowel de wiskunde als van de muziektheorie. Hij ontdekte dat elk geluid een aantal boventonen genereert, of het nu een klop is op de deur of een trillende snaar. Ik besefte dat die basistonen het ware DNA van muziek zijn.

Daarom heb ik mijn compositie gebaseerd op vier basistonen, die staan voor de nucleotiden. Ze worden bij het begin van de compositie voorgesteld, maar net zoals bij het DNA verdwijnen ze al snel in combinaties die constant veranderen. Soms zijn de tonen duidelijk aanwezig, maar even later muteren ze al en evolueren in alle mogelijke richtingen. De luisteraars zullen zeer dynamische, organische tonenreeksen horen, die verwijzen naar de miljarden variaties van C, G, A en T.”

“De fluit is één van de oudste blaasinstrumenten op aarde. De vroegste voorlopers waren de bamboebossen in Indonesië, waar de wind door de spleten in de stengels floot. De oudste fluit die ooit is ontdekt, was gemaakt uit het dijbeen van een holenbeer. Net zoals DNA een hoofdrol vervulde bij het ontstaan van leven, speelde de fluit een belangrijke rol bij het ontstaan van muziek. Daarnaast klinkt de fluit ook heel feestelijk, bijna sprookjesachtig. De fluit wordt in de oorspronkelijke compositie begeleid door strijkers en harp. Vanavond hoort u het in een bewerking voor fluit solo en de Koninklijke Muziekkapel van de Gidsen. Ik wilde de fluit echt centraal stellen en ze zo naakt mogelijk laten klinken. Het is een vrij moeilijke compositie: ernaar luisteren is makkelijk, maar ze uitvoeren is niet eenvoudig. Het vergt een groot meesterschap en een verfijnde muzikaliteit van de fluitist.”

Dirk Brossé - Libertango

solist: Yves Segers – altfluit, dwarsfluit en piccolo

Deze bewerking door Dirk Brossé van één van de bekendste werken van de Argentijnse bandoneonist en componist Astor Piazzolla (1921-1992) werd geschreven naar aanleiding van de 100ste verjaardag van zijn geboorte. Piazzolla, die onder meer bij Alberto Ginastera en Nadia Boulanger studeerde, realiseerde een vernieuwing van de tango. Libertango werd opgenomen en gepubliceerd in 1974 in Milaan. De titel is een contaminatie van “Libertad” (Spaans voor vrijheid) en “tango”, een verwijzing naar de overschakeling door Piazzolla van de klassieke tango naar de “tango nuevo”. Het compositie werd een wereldsucces.

Dirk Brossé schreef dit arrangement oorspronkelijk voor altfluit, fluit en piccolo en strijkorkest, maar bewerkte het speciaal voor dit concert met de Koninklijke Muziekkapel van de Gidsen.

De drie instrumenten worden door dezelfde fluitist bespeeld en zijn een ware uitdaging voor de solist, daar het afwisselen van drie instrumenten in één werk allesbehalve vanzelfsprekend is. Het ééndelig werk omvat drie componenten: een aleatorische introductie op altfluit, een thema met variaties op fluit als middelste deel en een coda op piccolo. Het is een bravourestuk waarbij Yves Segers u zijn veelzijdig talent zal demonstreren.

Klaas Coulembier - Tramontana

Net zoals de bekendere Mistral-wind in Zuid-Frankrijk is de Tramontana een bijzonder meteorologisch fenomeen dat een eigen naam kreeg (transmontanus, Latijn: "de overkant van de bergen"). Deze sterke wind verplaatst zich van noord naar zuid over de Pyreneeën. Door de specifieke formaties van de bergketen ontwikkelt de Tramontana zich tot een steeds versnellende wind. Het zogenaamde Venturri-effect creëert een vortex waardoor de lucht gecomprimeerd wordt en de luchtverplaatsing versnelt tot pieken van meer dan 150 km/u.

De ondertitel van het werk is A Wind Concerto, en verwijst zowel naar de wind in letterlijke zin als naar de gebruikelijke Engelse terminologie voor harmonieorkest: Wind Band. De partituur is voor elke instrumentengroep uitdagend, waardoor het soms de allure van een Concerto voor Orkest heeft. Er zijn ook enkele letterlijke referenties aan de bekendste componist van een Concerto voor Orkest, Béla Bartók.

Tramontana werd gecomponeerd in opdracht van het Koninklijk HarmonieOrkest Schelle, onder de leiding van dirigent Dirk De Caluwe. Het muzikale materiaal is naar aloud gebruik afgeleid van enkele belangrijke letters. De initialen van de dirigent leveren het motief re – re – do op (DDC), terwijl de afkorting KHOS via een systeem van chromatische lettertoewijzing resulteerde in de tonen sol – sib – re – fa#, in harmonische zin een klein-groot septiemakkoord. Zo goed als alle elementen uit het werk zijn terug te brengen op deze motieven of op een combinatie ervan.

Göran Fröst - Klezmer Dances nr. 2 & 3

solist: Bart Watté – klarinet

Göran Frost is een Zweeds altviolist en componist. In zijn veelzijdige projecten verbreedt hij graag de grenzen van onze westerse klassieke muziek. Hij treedt op over de hele wereld, en geniet ook onder klarinettisten een aanzienlijke bekendheid. Hij schreef immers meerdere arrangementen en composities voor zijn broer, de beroemde klarinetvirtuoos Martin Fröst.

Zijn bekende ‘Klezmer Dances’ voor klarinet en orkest zijn geïnspireerd op de traditionele Europees-Joodse volksmuziek. De twee dansen die vanavond geprogrammeerd staan, gebruiken traditionele basisvormen als de ‘Doina’ en de ‘Freilach’. Dans nr. 2 opent met een weemoedige inleiding en vervolgt met veel snellere, opzwepende dansritmes. Na een plotse verandering van sfeer begint dans nr. 3, ingeleid door de solist. Het snelle thema van dans nr. 2 komt terug, maar gaat over in het beroemde ‘Let’s be happy’ van Giora Feidman, wat naar een vurige apotheose leidt.

De ‘Klezmer Dances’ zijn berucht omdat ze het uiterste eisen van de solist. De grootste uitdaging zit in de combinatie van enerzijds de typische speelwijze van de klezmerstijl, met allerlei glissandi en klankeffecten, en anderzijds de enorme technische moeilijkheid van de solopartij. De briljante uitvoeringen van Martin Fröst gingen al gauw viraal op youtube, en werden gevolgd door versies door andere ensembles en solisten.

De Muziekkapel van de Gidsen kreeg na lang aandringen toestemming van de componist om een versie voor blaasorkest te maken. Bart Watté maakte het arrangement en neemt vanavond, begeleid door zijn collega’s en gastdirigent Dirk Brossé, zelf de solopartij voor zijn rekening. U zal de klarinet in al haar veelzijdigheid horen schitteren!

Oscar Navarro - The Musketeers

solisten: David Van Maele - klarinet Eb, Hermann Stefansson – klarinet, Geert Baekelandt – bassethoorn, Ricardo Matarredona – basklarinet

‘The Musketeers’ is een fantasie voor vier klarinetten en harmonieorkest geïnspireerd op de roman De Drie Musketiers van Alexandre Dumas. Met deze fantasie poogde Oscar Navarro de essentie van Dumas' werk muzikaal te vertalen, door de hoofdpersonages van het werk muzikaal te karakteriseren en een deur open te laten voor de verbeelding, aangezien het onmogelijk zou zijn alle heldendaden van D'Artagnan en de andere drie musketiers muzikaal te vertellen.

De compositie bestaat uit 4 delen:
Het eerste deel introduceert D'Artagnan en de drie musketiers. Via epische en grandioze muziek maken we kennis met elk van de musketiers en krijgen we zelfs een muzikale demonstratie van de vaardigheden van D'Artagnan en zijn drie trouwe metgezellen.
Na dit eerste deel, gaan we verder met Louis XIII. Dit is een veel rustiger en plechtiger deel dat de geluiden van het paleis en de grootsheid van de goedhartige koning Lodewijk XIII oproept. Dit deel is doordrongen van statige tonen met het gebruik van motieven uit het eerste deel van het werk, maar ditmaal met een meer plechtige en vredige sfeer.
Hierna krijgen we een veel somberder en mysterieuzer deel. Een deel gewijd aan een van de donkerste personages uit de Dumas’ roman: kardinaal Richelieu. Hier weerklinkt een lied aan het kwaad en aan de negatieve aspecten van de kerkelijke machten.
Het laatste deel opent de deur naar avontuur en verbeelding. De muziek neemt opnieuw een krachtige en speelse wending. Onze helden zijn klaar voor een nieuw avontuur!

Jean-Valentin Bender - Mars van het 1ste Regiment Gidsen

Eindigen doen we dit concert zoals het hoort: met de Mars van het 1ste Regiment Gidsen, gecomponeerd door de eerste kapelmeester Jean-Valentin Bender. Een pareltje van een historische cavaleriemars!